Vitaal buitengebied

We bouwen in onze gemeente samen met agrarische ondernemers aan een vitaal buitengebied.

Er is nogal wat te doen in het buitengebied. De landbouw staat onder druk, er ligt een opgave om meer natuur en biodiversiteit te realiseren en ook klimaatverandering vraagt om maatregelen. Het college heeft in haar uitvoeringsprogramma vastgelegd dat 'bouwen aan een vitaal buitengebied' een belangrijk focuspunt is. We willen de vitaliteit en de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit van het buitengebied behouden en vergroten. We staan voor een duurzame ontwikkeling van het buitengebied met voldoende ontwikkelingsmogelijkheden voor de agrarische sector en ruimte voor nieuwe functies die passen binnen de karakteristiek van de verschillende deelgebieden.

Als gemeente zijn we trots op ons buitengebied en onze ondernemers. Samen met hen willen we werken aan een nieuwe toekomst. Dit is geen gemakkelijke opgave, want er bestaat geen algemene oplossing voor het buitengebied. We vinden het belangrijk om de mensen erachter te horen en te zien. Daarom gaan we samen kijken naar maatwerkoplossingen, waarbij de menselijke maat centraal staat. Bijvoorbeeld in de vorm van kleine gebiedsprocessen.

In de komende tijd gaan we kijken hoe we dit stap voor stap kunnen vormgeven. We nodigen u graag uit om met ons mee te denken en uw kennis en mogelijkheden met ons te delen.

Doelen voor het buitengebied

De opgave die er voor het buitengebied ligt, is complex. De opgave bestaat uit verschillende doelen voor het buitengebied:

  • Meer natuur en biodiversiteit realiseren; om de biodiversiteit te verbeteren is het doel meer natuur te realiseren in de vorm van zogenaamde groenblauwe dooradering. Het gaat dan om water, natuuroevers en kleine landschapselementen. Maar ook bijvoorbeeld voedselbos, agroforestry en kruidenrijkgrasland vallen hieronder. Het doel is een groenblauwe dooradering van minimaal 10% van de oppervlakte van het buitengebied.
  • Stikstofreductie; voor de kwaliteit van de natuur en de biodiversiteit is het belangrijk dat de uitstoot van stikstof (ammoniak) en methaan vermindert. Voor stikstof is in het Utrechts Programma Landelijk Gebied (UPLG) een norm meegegeven: 46% reductie ten opzichte van het referentiejaar.
  • Maatregelen klimaatverandering; de klimaatverandering maakt dat we in korte tijd veel neerslag kunnen krijgen, die we niet snel genoeg kwijt kunnen in het huidige watersysteem. Er is daarom ruimte nodig om water tijdelijk te bergen. Minder CO2-uitstoot vraagt om schone energiebronnen, en ook daarvoor kan ruimte nodig zijn.
  • Landbouw behouden; ons landbouwlandschap is onderdeel van de identiteit van het gebied. We willen perspectief houden voor de landbouw. Er zijn aanpassingen nodig en dat kan op meerdere manieren. Te denken valt aan innovatieve manieren van bedrijfsvoering (bv kringloop landbouw of het leveren van groene diensten) of innovatieve technische maatregelen.

Naast bovengenoemde doelen kijken we ook of er andere ontwikkelingen zijn die we kunnen combineren. Recreatie en cultuurhistorie zijn hier voorbeelden van.

Wat hebben we gedaan?

In de afgelopen maanden hebben we alle agrarische ondernemers uitgenodigd om met elkaar van gedachten te wisselen over het buitengebied. We hebben veel ondernemers gesproken. Dit heeft geleid tot de vervolgstap dat er individuele gesprekken worden gevoerd. De betrokkenen zijn hierover  per brief geïnformeerd.

In gesprek

Belangrijk doel van individuele gesprekken met ondernemers is om inzicht te krijgen in welke ruimte er is om met elkaar een ‘puzzel’ voor het gebied te leggen. Welke ruimte komt er in het buitengebied als we kijken naar stikstof? Dit kan zijn door bijvoorbeeld stoppende bedrijven, veranderende plannen of genomen maatregelen. Daaruit volgt welke opgave er dan nog ligt op dit punt. De gesprekken worden gevoerd door Hans van Soest. Als u vragen heeft, neem dan gerust contact met hem op.

PAS-melders

Een PAS-melder is een bedrijf of ondernemer die onder het Programma Aanpak Stikstof (PAS) kon volstaan met een melding van de berekende stikstofbelasting. Zij hoefden geen vergunning aan te vragen, een melding van de berekende stikstofbelasting was voldoende. Maar door een uitspraak van de Raad van State in 2019 moeten PAS-melders nu alsnog over een vergunning beschikken. Als gevolg van deze uitspraak zijn PAS-melders in overtreding als de melding die is gedaan wordt uitgevoerd. Hierdoor zijn de PAS-melders buiten hun schuld om in grote onzekerheid gebracht.

We horen regelmatig dat PAS-melders snel geholpen moeten worden, maar dat is in de praktijk een lastige opgave. Reden voor ons om contact met hen te zoeken en te kijken of we vanuit hun situatie een plan kunnen maken dat hen verder helpt. Dit plan moet passen binnen de doelen van het buitengebied, waarbij het zoeken van een oplossing voor de PAS-melder het uitgangspunt is.

Innovatieve projecten

We denken graag mee om dingen op een andere manier te doen. Ook hebben we het totaaloverzicht van mogelijkheden, initiatieven en de puzzel voor het buitengebied.

Soms zijn er agrariërs buiten onze gemeente die een innovatief initiatief gestart zijn, dat we als voorbeeld kunnen nemen. Ook kan dit iets heel nieuws zijn. We zijn hierin voorstander om echt aan de slag te gaan en dingen uit te proberen. Innovaties lukken niet altijd direct, maar het moet ergens beginnen. Zo zijn we aan het verkennen of we een pilot ‘mest vergisten’ kunnen vormgeven. Energie uit mest leidt hierbij tot minder stikstof- en methaanuitstoot en draagt bij aan het verduurzamen van onze energie.

Een andere pilot kan zijn het vergoeden van ‘groene diensten’ door agrariërs op basis van Kosten-Prestatie-Indicatoren (KPI’s). Als u hier ideeën over heeft dan horen we dat graag. Ook als er nog hele andere ideeën zijn, komen we graag daarover met u in contact.

Vrijkomende Agrarische Bebouwing (VAB)

Momenteel ontwikkelen we een beleid voor vrijkomende agrarische bebouwing (VAB). Hiermee willen we toekomstperspectief bieden aan agrariërs in het buitengebied die  hun activiteiten beëindigd hebben en hun vrijgekomen bebouwing op een andere manier in willen zetten. We willen aansluiten op de behoeften van deze agrariërs en de kwaliteit van het buitengebied waarborgen. Op het perceel ligt een agrarische bestemming, waardoor in principe alleen een agrarische functie is toegestaan. Vaak is echter de wens om de functie ter plaatse te veranderen. Op dit moment is het proces van functieverandering niet eenvoudig.

Uit de praktijk blijkt dat elk initiatief tot functieverandering  veel afstemming vraagt en puur maatwerk is. Om duidelijkheid te geven over wat er aan activiteiten mogelijk is, willen we beleid maken voor vrijkomende agrarische bebouwing (VAB). Hierin bepalen we wat er kan gebeuren met bebouwing die niet meer gebruikt wordt voor boerenbedrijven. We maken dit beleid samen met de provincie. We vinden het belangrijk dat de keuzes van de gemeente en provincie aansluiten bij de wensen en behoeften van inwoners, ondernemers en belangenvereniging. Daarom zijn we de afgelopen tijd met verschillende partijen in gesprek gegaan. We betrekken ook de inwoners van het buitengebied, dat doen we bijvoorbeeld via een enquête. Het streven is om het VAB-beleid begin volgend jaar af te ronden. 

Samenwerken in de regio

We zijn over ‘onze’ aanpak in gesprek met andere overheidspartners in de regio. Samen met de provincie Utrecht, Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden en buurgemeenten Lopik, Oudewater, IJsselstein en Woerden maken we afspraken om samen te werken met ondernemers in het buitengebied. Deze afspraken willen we vastleggen in een intentieovereenkomst om op basis daarvan ook middelen bij het Rijk aan te vragen.

Vragen en contact

Hans van Soest (onafhankelijke adviseur)

André Oldenkamp (adviseur buitengebied bij gemeente Montfoort)